‘Ik ben Marijke. Iemand die door het leven behoorlijk in de mangel is genomen, maar ik krabbel altijd weer overeind.’
kopt Marijke erin naar aanleiding van de vraag ‘Wie ben je?’. We hebben een gesprek rondom de mooie maar toch ook moeilijke vraag ‘Wie ben je?’. De vraag vulde onze avond.
Marijke is lector van onze geloofsgemeenschap. Ze is in 1947 geboren in een weeshuis te Utrecht en is als twee jarige liefdevol in het gezin opgenomen door het kinderloze echtpaar Jansen op de Haar. Echter, zegt Marijke: ‘Ik ben een onecht kind. Ik werd nagewezen. Deze pijn heeft me mede gevormd. De zwartste bladzijde in haar leven is wel het verlies van haar zoontje Lodewijk op 5 jarige leeftijd.’
Naast de liefde voor de boekenzaak zijn er haar zonen Tjeerd en Floris waar haar zorg naar uit gaat. Eind 2016 nam Marijke afscheid van haar Bruna winkel in Colmschate en mag ze eindelijk genieten van haar vrije tijd. De wens is dat de Liefde haar mag leiden in de nieuwe fase van haar leven.
De ziel van onze kerk wordt gevormd door mooie en bijzondere mensen, die ieder op zich zo verweven zijn met onze kerk dat ze er om zo te zeggen de levende stenen van zijn. In de rubriek Ontmoet maakt u kennis met een persoon uit onze geloofsgemeenschap Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming. Wat verbindt hen met Joppe en wat doet het geloof met hen. Vervolgens wordt hen gevraagd het stokje aan een ander door te geven en dat gebaar verbindt ons met elkaar.
Wie ben je?
Het is een hele mooie vraag. Ik ben Marijke. Iemand die door het leven behoorlijk in de mangel is genomen, maar ik krabbel altijd weer overeind. Ik ben op 24 december 1947 geboren in een weeshuis in Utrecht. Mijn ouders mochten vanwege het geloof destijds niet trouwen, zij Katholiek en hij niet-Katholiek. Vervolgens ben ik opgegroeid in een liefdevol gezin in Gorssel.
Op de dag dat mijn vader thuis kwam met de vraag aan zijn vrouw ‘Zou je voor een paar weken een meisje van twee hier willen laten logeren?’, lag mijn verdrietige en wanhopige moeder ‘s middags op haar knieën in het bos en vroeg God ‘Waarom krijgen we kinderen?’. s’ Avonds kreeg zij het antwoord van onze lieve Heer en werd ik aan hun toevertrouwd. Drie weken voor mijn 21ste ben ik door hen geadopteerd, omdat de adoptiewet vroeger niet bestond.
Heb je het moeilijk gehad?
Ja, ik heb ’t moeilijk gehad en dat heeft mij mede gevormd. Het is hard als er wordt gezegd ‘Je bent een onecht kind.’ Ik werd nagewezen.
1981
1981 was een zeer bewogen jaar waarin de gebeurtenissen het leven van Marijke volledig op haar kop zette. Zo kreeg Marijke op 15 juni een telefoontje. ‘Er meldt zich een vrouw met haar naam en ze vraagt hoe mijn moeder heet. Ik vertel haar dat mijn moeder Mien Groot Kormelink heet. Ze zegt dat zij ook haar moeder is.
Ik zei: Het kan helemaal niet.
Zij zei: En toch is ’t zo.
Haar zus Mieke is in 1942 geboren en ook als enig kind opgegroeid in een liefdevol gezin.
Samen zijn ze op zoek gegaan naar hun biologische vaders. Ze hebben niet dezelfde vader. Bijzonder is wel te noemen dat beide vaders in januari 1981 zijn overleden aan een hartaanval. Helaas heeft Marijke haar vader nooit ontmoet. Hij was getrouwd en heeft twee zonen. Met de jongste zoon, haar halfbroer heeft ze een heel warm contact.
Op 8 september in hetzelfde jaar is haar oudste zoon Lodewijk op 5 jarige leeftijd op het woonerf verongelukt. Dat is de zwartste bladzijde in haar leven.
Ik besta!
Onlangs is haar natuurlijke moeder Mien Groot Kormelink 100 jaar geworden. Ter gelegenheid hiervan is ze geïnterviewd door het Wegdam Nieuws, Hengeveld. Op de vraag of ze kinderen had ontkende ze dat. Dat is pijnlijk want ik besta. We konden dit niet langer verzwijgen en hebben met een ingezonden brief Wegdam Nieuws geïnformeerd.
Gezin
Een jaar na het overlijden van Lodewijk is Floris geboren. Een leuk en makkelijk mannetje.
Twee jaar later is Tjeerd geboren. Een paar dagen na zijn geboorte merkte ik dat hij anders was. Veel bezoeken aan artsen en onderzoeken volgenden, want uiterlijk was er niets te zien maar in zijn ontwikkeling bleef hij achter. Tjeerd was ‘anders’ en had een handicap dat toen geen naam had. Ik kwam in een totaal andere wereld terecht.
Hoe heb je dit alles doorstaan?
Ik dacht dat ik altijd geloofde maar toen begon het geloof pas echt. Ik had de vraag ‘Waar is mijn kind?’.
Toen ik na het ongeval bij Lodewijk stond was het alsof hij tegen mij zei ‘ Het gaat goed met mij. Je hoeft niet verdrietig te zijn.’ Lodewijk was een wijs jongetje en hij was bij wijze van spreken zijn tijd ver vooruit. Ik merkte dat aan zijn liefde voor de bloemen en de dieren en aan zijn vragen. Zo vroeg hij eens Waarom is Jezus aan het kruis geslagen? Waar was de politie dan? Zijn lievelingsliedje was er een van Herman van Veen, Opzij, opzij, opzij, maak plaats.
5 jaar na het overlijden van Lodewijk ging ik alleen naar een bijeenkomst voor ouders die een kind hadden verloren. Dat heeft geresulteerd dat we 1 jaar lang een gastgezin werden voor ouders van overleden kinderen. Daarin werden we goed begeleid en dat heeft ons goed gedaan. Zo’n zelfhulpgroep kan van belang zijn om dicht bij jezelf te kunnen zijn. We begrijpen elkaar. Zo begrijpen Puck Vork, die haar dochter heeft verloren, en ik elkaar ook zonder veel woorden.
Was je boos?
Heel boos. Als ik boven kom ga ik donderen, zeg ik wel eens. Er is ook een stukje van mij dood gegaan. Iets is in mijn ziel afgestorven. Toen Lodewijk was overleden, dacht ik, ik ga nooit meer lachen. Maar de kinderen gaven ons ook weer veel vrolijkheid en toekomst.
Heb jij je eenzaam gevoeld?
Ja, want eigenlijk kan niemand je begrijpen hoe ernstig je verdriet was.
Wonen en werk
Marijke heeft na de middelbare school, de Vormingsklas, een Schoevers opleiding afgerond en kreeg een baan aangeboden bij Hotel Krasnapolsky in Amsterdam, waar ze een korte periode gewerkt heeft. Toen de mogelijkheid zich voordeed om bij de KLM te werken greep ze die met beide handen aan. Ze heeft er gelukkige jaren gehad.
Na haar trouwen in 1971 besloten ze naar Duitsland te gaan, waar ze beiden een baan hadden bij Neckermann. Toch lag Marijke haar hart bij de airline branche en ze kwam tenslotte bij British Airways waar ze veel mooie mensen heeft mogen ontmoeten.
Het waren 7 gelukkige jaren in Duitsland van wonen en werken en waar ook hun oudste zoon Lodewijk in 1976 is geboren. Daarna volgde de keuze om terug te keren naar Nederland waar hun kind verder zou opgroeien. Het gezin verhuisde naar Lemmer en hoopten er heerlijk te kunnen wonen aan een veilig woonerf totdat Lodewijk daar in 1981 verongelukte door een stapvoets achteruit rijdende vrachtauto. Lemmer was Lemmer niet meer. Het gezin verhuisde in 1988 naar Eibergen om zo ook dichter bij Colmschate (Deventer) te kunnen wonen, waar de Bruna zaak was gevestigd, die haar toenmalige echtgenoot Boudewijn was gestart. Het was heerlijk om opnieuw te beginnen. Achteraf was dat een goed besluit.
De zorgen voor Tjeerd namen grote vormen aan en hij ging naar een medisch kleuterdagverblijf en daarna naar een ZMLK school (voor zeer moeilijk lerende kinderen) te Neede. Hij heeft autisme en voor zijn ontwikkeling is hij in overleg met het Riagg naar het pedagogisch verblijf De Hondsberg in Oisterwijk gegaan. Vandaaruit is het naar de Philadelpia in Apeldoorn gegaan waar hij gelukkig was en geestelijk kon groeien in een pilot huis voor kinderen met autisme. Tjeerd woont nu 12 jaar in Gorssel aan de Veldhofstraat waar hij heel gelukkig is, goed wordt begeleid en verzorgd.
27 jaar hebben we de Bruna zaak gehad in Colmschate. Helaas ging de overname in 2016 niet door omdat de eigenaar het pand opeiste en kwam het personeel op straat te staan. Dat ging gepaard met een heleboel zorgen, maar ik heb een kracht om dat ook weer te doorstaan. ‘ Met je hoofd in de schoot kom je niet verder. Daarmee stoot je mensen van je af. Ik moest er dus dwars door heen.’ Dat laatste is ook wel mijn levensmotto geworden! En natuurlijk heb ik veel lieve mensen om mij heen, het waren mijn ouders en mijn vrienden.
Het Geloof
Ik twijfel ontzettend.
Mijn neef is onlangs overleden, de laatste jaren was hij een alcoholist en dan denk ik ‘ Zou er een God zijn?’ Ik luister graag naar radioprogramma’s. Bijvoorbeeld Radio Gelderland, waar bijzondere mensen op zondagmorgen tussen 7 en 8 uur aan het woord komen in het programma Tendens. Ik luister daar graag naar. Ik haal ook de kracht uit de natuur, het werken in de tuin, wandelen en fietsen. Ik lees veel.
Het werk in de winkel heeft mij ook veel gegeven en ik ben met name door mijn klanten heel rijk geworden. Het leven ging iedere dag over de toonbank, van geboorte tot de dood. De klant had een probleem of vraag, nam je in vertrouwen en samen zochten we naar een passend boek.
Welk boek koester jij?
‘Laat ik je zien.’ Marijke staat op en laat me het boek zien van Paulo Coelho ‘De Alchemist’. Ik kreeg dit boek van mijn personeel en ben het gaan lezen. De hoofdpersoon is op zoek naar geluk. Verkoopt alles en gaat op reis. Aan het slot van de grote reis kijk de hoofdpersoon in het water, de spiegel, en ziet zichzelf. Na waar hij op zoek is ziet hij in zichzelf. Het geluk zetelt in jezelf. Geluk zit in je. Het boek heeft me troost gegeven en me laten zien, dat ondanks wat je allemaal mee maakt in het leven, het geluk bij je is. Het ligt voor het oprapen als je het maar wilt zien. Tjeerd laat me dat ook zien. Hij heeft oog voor detail en is tevreden. Zo nu en dan gaat hij mee naar de kerk en luistert heel goed. Hij gaat op in het verhaal vooral als pastor Wassink preekt. Tjeerd is liefde, een cadeautje. Zo puur.
Een ander prachtig boek voor kinderen is ‘ Raad eens hoeveel ik van je hou?’. Het is de interactie tussen Haas en Hazeltje waarin zij zich uitdrukken hoeveel zij van elkaar houden. Ik probeer mijn kinderen liefde en respect te geven. En mijn oude groenteboer uit Lemmer, die elke dinsdag bij me kwam, zei; ‘We moeten de mensen nemen zoals ze zijn en niet zo zoals ze wezen moeten.’ Hij gaf me rust, vertrouwen en wijsheid.
Wie ben jij?
Is heel moeilijk om daar antwoord op te geven. Het leven is een school. Alles gebeurt zoals het gebeurt. Daarmee neem je het verdriet niet weg. Het is wat het is en ik weet niet waarom.
Het boekje van Paul Smit met als titel ‘Verlichting in de liefde’ wordt er bij gehaald. Het boek is verslonden.
Met Tjeerd ben ik naar een voorstelling van André Kuipers geweest. Tjeerd is dol op hem en hij hing aan zijn lippen. De boodschap die hij ons geeft is dat we op onze aarde moeten passen en er zuinig op moeten zijn en er voor elkaar moeten zijn.
De kracht van de liefde drijft me en probeer ik aan mijn kinderen te geven. We knokken ons er samen door heen en laten ons er niet onder krijgen. De jongens eindigen een telefoongesprek vaak met ‘Ik hou van je mam’.
Wat betekent ‘Joppe’ voor jou?
Het is een heel dierbaar plekje. De stilte brengt me tot bezinning. De rust, waar ik kan mediteren. Door te luisteren naar het woord kunnen een paar woorden me weer op de plaats zetten.
De communiteit, de mensen die er zijn. Het is een stukje thuis. Het is fijn elkaar altijd weer te zien.
Pastoor Sloot heeft ons getrouwd. Het was een hele lieve pastoor.
Bij de officiële aanstelling van pastoor Sloot liep ik ook mee in de optocht, die begon in de Joppelaan bij de Kleine Heuvel.
Vroeger bracht je offertjes. En nu in de vastentijd drink ik geen druppel alcohol. Ik ontzeg mij iets en dat voelt goed in ons land vol overvloed.
Wat Marijke ook mooi vindt is de Papagaai aan de Amsterdamse Kalverstraat, een voormalige rooms-katholieke schuilkerk. Stap je door de deur dan kom je in de oase van rust.
Wat is je lievelingslied?
De muziek van Bach raakt Marijke in haar ziel. En zoals ze zegt: Zijn liefde voor het geloof komt tot uiting in zijn muziek. Bach raakt mensen, Bach raakt mij. De Matheus Passion en in het bijzonder het onroerende lied Erbarme dich.
Maar ook het lied My sweet Lord van George Harrisson vindt Marijke mooi. Muziek is sowieso heerlijk om naar te luisteren en te genieten.
Wil je nog iets meegeven?
Ik hoop dat Joppe als kerkje en als communiteit mag blijven, want het is z’n bijzonder plekje. De inzet van de vrijwilligers is zo geweldig. Dat maakt voor mij Kerk zijn! Samen zijn!
Aan wie wil je het stokje doorgeven?
Eens heb ik met Han van Mourik Broekman het lijdensverhaal gelezen. Tijdens het lezen werd Han erg verdrietig en kon hij niet verder lezen. Ik heb een arm om hem heen geslagen en we namen een korte pauze. Samen hebben we vervolgens verder gelezen. Dat is al weer vele jaren geleden toen hij het slechte nieuws over zijn ziekte had vernomen. Hij is gelukkig nog steeds onder ons. Het is een prachtige man. Vandaar!