‘Als je van iemand houdt en je bent door de dood van elkaar gescheiden, dan is er op de wereld niets en niemand, die de leegte van de afwezigheid kan vullen.’
Zo begint Dietrich Bonhoeffer zijn aangrijpende gedicht over gemis.
Als je van iemand houdt

In een periode waarin God door wetenschappers en de opkomende secularisatie dood verklaard was en ook tegenover de grote gruwel van de Tweede Wereldoorlog, ontwikkelde Bonhoeffer een theologie van de afwezige Aanwezige.Â
Sterfdag 9 april
Als je van iemand houdt
en wordt van hem gescheiden
kan niets de leegte van zijn aanwezigheid vullen.
Je moet dat eenvoudig niet proberen,
je moet het eenvoudig aanvaarden en volharden.
Dat klinkt erg hard, maar het is ook een grote troost,
want zolang de leegte werkelijk leeg blijft,
blijf je daardoor met elkaar verbonden.
Het is fout om te zeggen: God vult die leegte
Hij vult haar helemaal niet, integendeel:
Hij houdt die leegte leeg
en helpt ons zo de vroegere gemeenschap
met elkaar te bewaren, zij het ook in pijn.
Hoe mooier, hoe rijker de herinneringen
des te moeilijker de scheiding,
de pijn van de herinnering in stille vreugde.
De mooie dingen van vroeger zijn geen doorn in het vlees,
maar een kostbaar geschenk dat je meedraagt.
Je moet zorgen,
dat je niet in je herinneringen
blijft graven en je erin verliest;
een kostbaar geschenk bekijk je niet aldoor,
maar alleen op bijzondere ogenblikken.
Buiten die ogenblikken
is het een verborgen schat, een veilig bezit.
Dan wordt het verleden
een blijvende bron
van vreugde
en kracht.
Dietrich Bonhoeffer
noot:
Dietrich BonhoefferÂ
Duitsland; protestants theoloog & slachtoffer van de nazi’s; †9 april 1945.
Hij werd geboren op 4 februari 1906. De nazi’s waren al aan het bewind toen hij directeur werd van het seminarie in Finkenwalde. Daar werd hij één der drijvende krachten van de zogeheten ‘Bekennende Kirche’, een beweging binnen de protestantse geloofsgemeenschap, die zeer kritisch stond tegenover de nazi’s en daar openlijk voor uit wenste te komen. Zo nam hij duidelijk stelling tegen de jodenvervolging. Na een spreek- en schrijfverbod werd hij tenslotte in februari 1944 gevangen genomen.
Hij zag duidelijk vóór zich wat hem te wachten stond. Hij schreef:
Ik neem de lijdenskelk dankbaar onbevreesd
Uit Christus’ goede en geliefde hand.
In goede machten wonderlijk geborgen
ontvangen wij getroost wat komen mag.
God is met ons, of ’t avond is of morgen
En vast en zeker elke nieuwe dag.